Bijzonderheden
(particulars)
Wouter Engelsz Duijn is landbouwer op de Breesaap tot hij in 1753 de boerderij verkoopt aan zijn zoon Dirk Woutersz Duijn en gaat wonen in Heemskerk, vermoedelijk bij zijn oudste zoon Jan op het Hofland. Uit het testament van zijn ouders, dd 9 november 1724, blijkt dat Wouter op dat moment meerderjarig was, en dus 21 jaar of ouder. Hij moet dus geboren zijn in 1703 of eerder.
NOTARISAKTE (Abaham van Kalker), Velsen, 9 november 1724: Testament: Compareerden Engel Pieterz van Duijn en Guertie Wouterz," eghteluijden, woonende alhier, zijnde zij comparanten siekelijk, eghter gaande, staande, haar verstant, memorie en uijtspraek volcomen maghtigh", dewelke verklaarden elkaar te benoemen tot elkanders enige en universele erfgenamen. Voorts verklaren zij dat de langstlevende aan hun zoon Wouter of diens nakomelingen de somma van f 50.- zal uitkeren in plaats van de legitieme portie. De langstlevende zal de kinderen die uit hun huwelijk zijn geboren verzorgen tot hun 25e jaar, en hen dan hun legitieme portie uitkeren.
OUD-RECHTERLIJK ARCHIEF, nr. 942, Schepenrol, Velsen, 8 oktober 1727: Aalbert Aelbertz van Castricum, gewesen dienstknegt van Wouter Engelz, eijsser, contra denzelven Wouter Engelz, woonende aan Velzerduijn, gedaagde. [Conflict over aantal gewerkte dagen; schepenen veroordelen de gedaagde tot het volle geeiste bedrag, minus 1 dag, plus de kosten].
OUD-RECHTERLIJK ARCHIEF, Velsen, 9 mei 1728: Wouter koopt van zijn moeder Guertie Wouters, de opstal van een woning, gelegen in de Bresaap voor de somma van f 35.- per jaar, zolang zijn moeder in leven is. [Zie voor volledige weergave zijn moeder Guertie Wouters]
OUD-RECHTERLIJK ARCHIEF, Velsen, 30 juni 1728: Guertie Wouterz, Weduwe en geinstitueerd erfgenaam van Engel Pieterz van Duijn wonende alhier, ingevolge den Testamente gepasserd voor den notaris Abraham van Kalker dd 9 november 1724, ten deezen geadsisteerd met Jan Jacobsz de Wilde als haar gestelde voogd in deezen, verkoopt aan haar zoon Wouter Engelz van Duijn de opstal van een woning staande in Breesaep op de grond van de WelEd: gestr. Hr. G: Corver, Heere van Velzen onder Zandpoort, zijnde dese opstal belast met jaarlijxe erfpagt van 't Noorduijn met de somma van f 4:12:0.
OUD-RECHTERLIJK ARCHIEF, nr. 943, Schepenrol, Velsen, 31 december 1729, fol. 40: Regtdag: Abraham van Kalker, secretaris tot Velsen, contra Wouter Engelz en Pieter Engelz, woonende alhier. [Wouter en Pieter Engelz, als borgen van Rijk Pas uit Beverwijk, die de door hem gekochte wagen niet heeft betaald, worden gemaand deze rekening ad f 20.14.- alsnog te betalen. In de kantlijn staat vermeld : "deese saak is aff"]
NOTARISAKTE (Abraham van Kalker), Velsen, 10 februari 1734: Voogdij. Wouter Engelsz Duijn, weduwnaar en boedelhouder van Maartie Corneliz Hogewater benoemt tot voogden over zijn drie minderjarige kinderen, met name Jan, Cornelis en Dirk Wouterz Duijn, bij zijn overleden huisvrouw verwekt, Pieter Duijn, des comparants broeder, wonende te Beverwijk en Cornelis Knaap, wonende alhier.
TROUWREGISTER, Velsen (S&S), 14 februari 1734: Wouter Engelsz Duijn, weduwenaar van Maartje Cornelis Hogewater, geboren te Velsen met Maartje Corneliz Binkert, weduwe van Dirk Sijmonz, geboren te Rinnegum. Beijde onder 't Classis van Prodeo.
OUD-RECHTERLIJK ARCHIEF, Velsen, 10 september 1740: Jan de With, Cornelis Ariens, Wouter Duijn, Jan Kaaij, Jan Oudendijk, Jacob Dircx Deen, Burger Hugtenburg, Hendrick Duijn, Cornelis Knaap, Sijmon Roos en Gerrit Klaaze de Jong, uijt naam van de Heer Franciscus Bernardus Couseband, alle eijgenaars van de huijsmanswooningen, soo gelegen in de Breesaap als aan de duijncant onder Velsen te kennen gevende dat het voetpad 'twelk de Heer Graafland versoeke om weg te doen, al van oude tijden is, aldaar heeft gelegen en gebruijkt geworden bij de comparanten en buijten memorie van Menschen is gebruijkt tot een pad na en van de Velserbroek, versoekende derhalven dat Schout en Schepenen de comparanten in haar al oud Regt en gebruijk van 't selve pad gelieve te mainteneeren en aan de Heer Graefland niet te consenteren met gen: pad te pleggen, maar sijn versoek af te slaan, soo om bovengemelde reedenen, als ook om dat het nieuw aangewesen pas merkelijk om zoude zijn, de rijweg te naauw als 'er rijtuijg passeere, om met melk emmers erbij te comen niet alleen, maar soo gul en bij regenagtig weder onder waater staat, derhalven met geen mogelijkheijt voor de Comparanten te gebruijken. [Letterlijke tekst]
OUD-RECHTERLIJK ARCHIEF, Velsen, 29 december 1740: Wouter Engelsz Duijn verkoopt aan Cornelis Knaap en Gerrit Klaze de Jong de opstal van een huijsmanswoning in de Breesaap op de grond van de Heer Corver voor de somma van f 500.-, waarbij de kopers de huur voor het jaar 1740 voor rekening nemen.
OUD-RECHTERLIJK ARCHIEF, Velsen, 2 januari 1741: Compareerden de voornoemde persoonen, dewelk verklaarde dat de voorenstaande koop te niet was, en dat Wouter Engelsz Duijn al de oncoste sal betalen.
OUD-RECHTERLIJK ARCHIEF, Velsen, 28 april 1745: Cornelis Adriaanse verkoopt aan Wouter Engelsz Duijn de opstal van een Huijsmanswoning, boomgaard, bos en houtgewas in de Breesaap op de grond van de Heer Corver, onder voorwaarde dat de koper de 5 jaren huur die de verkoper van de grond nog verschuldigd is van 1744 tot 1749, zal betalen, jaarlijks f 135.- met 2 leverbare schapekaasjes. Verkoopprijs f 600.-
NOTARISAKTE (Abraham van Kalker), Velsen, 16 augustus 1748, nr. 210: Testament onder f 2.000.-: Wouter Duijn en Maartie Cornelis Binkert, echtelieden, wonende in de Bresaap, maken testament. Wouter Duijn nomineert tot enige en universele erfgenamen zijn 2 voorkinderen Jan en Dirk, verwekt bij Maartie Cornelis Hogewater, en zijn huidige vrouw Maartie Cornelis Binkert, elk voor een kindsdeel. Maartie Binkert nomineert haar man Wouter Duijn als haar enige en universele erfgenaam. Cornelis Knaap wordt benoemd tot voogd.
NOT. AKTE (Abraham Henry Casteleijn), Beverwijk, 20-11-1750, Testament
Wouter Engelsz Duijn, wonende in de Breesaap, wordt tot voogd en administrateur benoemd, samen met Jan Cornelisz uit Egmond, over Maartje Jacobs Been, dochter van Aafje Cornelis Binkert in een testament van deze Aafje en haar toenmalige echtgenoot Pieter Dirksz Overbeek. Getuigen bij deze acte zijn de zonen van Wouter Engelsz Duijn: Jan Woutersz Duijn en Dirk Woutersz Duijn. [Toevoeging MT: De erflater Aafje Cornelis Binkert is mogelijk een zus van de reed overleden tweede echtgenote van Wouter Engelsz Duijn: Maartje Cornelis Binkert]
IMPOST op trouwen, Velsen, 21 juli 1752: Wouter Engelsz Duijn, Weduwenaar van Maartje Cornelis Binkert, wonende alhier, onder 't classis van f 3.- met Aagje Garbrands, Weduwe van Dirk Gerritsz, woonende te Castricum, onder 't classis van Prodeo.
TROUWREGISTER, Velsen, R.K. kerk, 6 augustus 1752: Wouter Engels Duijn, laast weduwenaar van Maartie Cornelis Binkert, geboren en wonende te Velsen, met Aagie Garbrants, Weduwe van Dirk Gerritsz, geboren onder Wijk aan Duijn en woonende te Castricum. Bruijdegom f 3.-, bruijd Prodeo.
TROUWREGISTER, Velsen (S&S), 6 augustus 1752: [identiek aan R.K.
TROUWREGISTER) OUD-RECHTERLIJK ARCHIEF, Velsen, 18 maart 1753: Compareerde ter Secretarije van Velsen, Wouter Duijn, woonende alhier in de Breesaap, dewelke aangaf dat hij had vercogt aan Jan Donker, mede woonende alhier, den opstal van een huijsmanswooning, met de verdere opstal daaraan gehoorende, staande in de Breesaap, hetgeene aard en nagelvast is, voor de somma van f 800.-
OUD-RECHTERLIJK ARCHIEF, Velsen, 4 april 1753: Wouter Engelsz Duijn, woonende alhier, verkoopt aan Jan Donker, mede wonende alhier, de opstal van een huijsmanswoning, boomgaard, bos en verder houtgewas, staande in de Breesaap op de grond van burgemeester Gerrit Corver, met de stipulatie dat de koper nog 6 jaren en 9 maanden pacht tegen f 135.- per jaar zal hebben te betalen, dit alles tegen de somma van f 800.-
OUD-RECHTERLIJK ARCHIEF, Velsen, 3 mei 1753: Acte van borgtocht. Op 3 mei 1753 Acte van Borgtocht verleend om naar Heemskerk te vertrekken aan Wouter Engelsz Duijn met zijn vrouw Aagje Gerbrandsz, ingegaan met den 1e Meij 1753.
OUD-RECHTERLIJK ARCHIEF, Velsen, 4 juli 1753: Wouter Engelsz Duijn, wonende te Heemskerk, draagt over in "vrijen eijgendom" aan zijn zoon Dirk Woutersz Duijn, wonende alhier, de opstal van een Huijsmanswoning in de Breesaap, op de grond van de heer G. Corver, met de verplichting aan de koper de grondpacht a f 75.- per jaar tot het einde van de pachtperiode in 1759 te voldoen; voorts dient de koper de verpondingskosten te betalen, ondermeer 15 stuivers voor het Huis nr. 9. De verkoper verklaarde dat de transporten aan zijn zoon Dirk Woutersz Duijn gedaan zijn ter voldoening van de somma van f 400.- die hem, ter zake van de nog resterende helft voor zijn moederlijk goed of bewijs, aan hem mondeling beloofd.
[Bron van bovenstaande: https://www.familysearch.org/tree/person/details/LHCW-XFN]
Rechtszaak in 1740
In 1740 raakte Wouter betrokken bij een protest over het verleggen van een weg : de eigenaar van een hofstede "Schoonenberg" wilde een weg (die over zijn grondgebied liep) verleggen naar een ander tracé. Dirk en zijn medestrijders maakten hiertegen bezwaar omdat die weg al vanouds werd gebruikt van en naar Velserbroek en van oudsher een deel was geweest van de Adrichemmerhoijwech, waarover het geoogste hooi werd vervoerd naar de boerderijen gelegen aan de Adrichemerduinen en de Breesaap. Veel boeren in de Breesaap hadden landerijen in Velserbroek.
OUD-RECHTERLIJK ARCHIEF, Velsen, 10 sept.1740l